Hoezo werk in evenwicht?


kraanvogel-een-pootWerk in evenwicht
. Het motto van de maand van de spiritualiteit èn van ons Han Fortmann Centrum zet mij meteen in een spagaat. Ik weet niet of het een gebod is met werken als werkwoord of dat het een zelfstandig voornaamwoord is met als toevoeging dat het evenwichtig of in evenwicht is. Het is blijkbaar zaak te werken in evenwicht. Wat is dat? Is dat evenwicht nastreven in degene die werk verricht of is het evenwicht aanbrengen tussen werk en andere dingen in je leven? Is het balans zoeken tussen moeten en willen? Gaat het om evenwicht in doen en laten? Of gaat het om werk dat ‘klopt’ voor het welzijn van deze wereld? Nou ja, zo kan ik nog wel even doorgaan. Geïnspireerd door dit licht verwarrende motto ben ik zelf uitgekomen op twee titels voor retraites die ik ga geven: Op één of twee benen? En De balans van het (niet-)doen.

Op één been door de wereld komen lukt niet. Het is soms verleidelijk om je als een Kraanvogel of een Flamingo terug te trekken op die ene stelt en de boel de boel te laten. Deze houding kan stellig haar nut hebben als ze gepaard gaat met het ontwikkelen van zelfreflecterend bewustzijn. Op dat ene been kunnen we doorkrijgen dat we Boeddha’s zijn en dat we alles hebben wat we nodig hebben om gelukkig te zijn. Dat we alles kunnen loslaten wat dat geluk in de weg staat. Maar ook als je zo te lang op dat ene been rust, kun je een gevoel krijgen dat er een soort patstelling ontstaat. Flamingo’s staan op één poot in de rivier uit een oogpunt van warmteregulatie; ze wisselen ook steeds van been. Wij kunnen het ook ‘koud’ krijgen op dat ene been. Er komt een moment dat je dat andere been erbij zet en ook nog in beweging komt. Je stapt uit je rivier. Op dat moment word je een bodhisattvakrijger. In je hele doen en laten help je iedereen ook gelukkig te worden. Niet zozeer door te gaan oreren en preken of door ‘goede werken’, maar door te zijn wie je bent, een instrument van vrede en liefde. Je gaat naar de markt van het leven en zet alle dorre bomen die je daar tegenkomt in volle bloei. Gewoon door een glimlach, een kwinklslag, een oogcontact. Gewoon door wat je bent en doet en zegt. Wij kunnen niet anders dan zijn in wat we doen en doen in wat we zijn. Kun je dat vertrouwen, kun je daarin geloven? Kun je zien hoe dit proces van één en twee benen zich steeds blijft afwisselen? En kun je daar vrede mee hebben?
li_wuwei-300x130Het heeft alles te maken met de balans van het (niet-)doen. Dat heet in het Oosten wel wu-wei. Wu-wei wordt ten onrechte wel gezien als een aanbeveling om niets (meer) te doen, om de rest van je leven op één been te staan, met alle gevolgen van dien. Niets is minder waar. Wu-wei daarentegen is handelen op het juiste moment, zodat je te werk kunt gaan volgens je bodhisattva-intentie en niet vanuit de ego-machinerie die voorgeprogrammeerde reacties voor je bedenkt. Al komt het voort uit primaire reacties, ego-handelen gaat nooit ‘vanzelf’. Er volgt een spoor van haken en ogen, van dingen die je niet wilt, van pijn en moeite. Dat andere handelen gaat helemaal vanzelf en schept steeds meer ruimte, voor jou en voor de ander.
wu-weu-van-henri-borelJe doet zonder doen en verricht acties zonder in actie te komen. Hoe wonderlijk…. Henri Borel, ch’an-man avant la lettre, noemde dat in een boekje dat oorspronkelijk al van 1895 dateert: ‘het mooie vanzelf gaan’. Wie vrij is van grijpen en dus uit de zelfgemaakte kooi kan vliegen…is vrij te doen wat zij/hij te doen heeft, of het nou werk is of iets anders.

Al onze docenten hebben zo hun eigen invulling voor het concretiseren van de betekenis van Werk in evenwicht. Wat al die invullingen gemeen hebben –dat durf ik wel te stellen- is de liefde voor alles en allen die centraal staat. Geen ‘gepamper’, maar liefde met twee benen op de grond.